
Vrouwelijke muzikanten krijgen meer podium, maar genderkloof blijft groot
De positie van vrouwelijke muziekmakers verbetert langzaam, al blijft de kloof met mannen duidelijk zichtbaar. Dat blijkt uit onderzoek van BumaStemra. Het aantal vrouwelijke leden stijgt en er is meer bewustzijn over de uitdagingen, maar inkomensverschillen en vooroordelen houden stand.
In 2018 was slechts 13% van de bij BumaStemra aangesloten tekstschrijvers en componisten vrouw. In 2024 is dat gestegen naar 16%, met hogere percentages onder jongere generaties. Zo is 23% van de muziekauteurs tussen de 19 en 35 jaar vrouw, en bij de jongste groep (tot 18 jaar) zelfs 31%.
De inkomensongelijkheid is nog steeds aanzienlijk. Mannen verdienen gemiddeld bijna drie keer zoveel BumaStemra-inkomsten als vrouwen. Toch is er een positieve trend zichtbaar. Het gemiddelde inkomen van de top 100 vrouwelijke muziekmakers steeg in acht jaar met 68%, terwijl dat van mannen met slechts 3% daalde.
'Mannenwereld'
Vrouwelijke muziekmakers zien steeds meer rolmodellen: 35% kan er nu drie noemen, een stijging van 11%. Toch blijft de perceptie dat de muziekindustrie een ‘mannenwereld’ is, sterk aanwezig. 68% van de vrouwen deelt die mening, tegenover 25% van de mannen.
Veel vrouwen in de sector ervaren nog steeds vooroordelen. Uit interviews blijkt dat ze vaak onterecht als ‘de zangeres’ worden gezien, zelfs als ze de schrijver of producer zijn. Ook wordt regelmatig aangenomen dat ze geen technische of instrumentale kennis hebben. Meer dan zeven op de tien vrouwen (72%) maken zich zorgen over hun positie in de industrie, tegenover 45% van de mannen. Toch geloven veel vrouwelijke makers (64%) dat initiatieven voor gendergelijkheid een positieve impact hebben.
Voor alle makers
Marcel Gelauff, ad interim CEO van BumaStemra, benadrukt het belang van diversiteit in muziek: 'Muziek is de ideale afspiegeling van de samenleving. Als bepaalde groepen structureel ondervertegenwoordigd blijven, missen we belangrijke verhalen, inzichten en creativiteit.'
BumaStemra zet zich daarom in voor gelijke kansen voor álle makers. Dat doen ze bijvoorbeeld door netwerkmogelijkheden te bieden, het tonen van vrouwelijke rolmodellen in hun communicatie en door het faciliteren van platforms voor co-creatie. 'Hoewel er vooruitgang zichtbaar is, blijft er nog veel werk aan de winkel', sluit Gelauff af.