Tv schakelt simpeler over naar internet
25-03-2009 (10:40) - Media
Moet de televisie zijn hart vasthouden? Zal het medium, net als de kranten, problemen ervaren van de overgang naar internet? De zorgenmakers in tv-land kunnen gerust zijn, tenminste als we Ton F. van Dijk mogen geloven. Volgens de voormalig directeur televisieprogrammering is die kans op problemen klein, omdat mensen nu eenmaal behoefte hebben aan een kompas. Bovendien kent ‘beeld’ een juridisch betere bescherming dan tekst.
Van Dijk was weer even op het Mediapark in Hilversum. Als producent (Palm Plus) van het nieuwsbulletin voor allochtonen ‘Dichtbij Nederland’ (Ned 1 en Radio 5) beweegt hij zich tijdelijk bij de NPS. ‘Ik blijf iemand met een missie.’ Ook tv-productiehuis Palm Plus, volle dochter van het internationale productiebedrijf Zodiak, heeft volgens Van Dijk een ‘maatschappelijke intentie’. Al moet er wel worden ‘gescoord’.
Dip
Scoren kan Van Dijk. De televisie kent ook sinds de invoering van het programmeermodel in 2007 een stijgende lijn, maar het is het de vraag of het medium ook een dip gaat meemaken, net als de kranten. Niet in de laatste plaats als gevolg van de convergentie naar internet en nieuwe media als MSN, Hyves, Twitter en Nieuws op je Mobiel, die van de consument een moeilijk voorspelbare factor maken. Van Dijk: ‘De situatie van de kranten is niet te vergelijken met die van televisie. Ik weet ook niet of de huidige malaise op de krantenmarkt alleen maar te maken heeft met de verschuiving naar internet.’ Volgens Van Dijk heeft die malaise ook een andere oorzaak: de enorme kloof die grote uitgevers als PCM hebben laten ontstaan tussen bestuurders en de werkvloer, hierdoor was er nauwelijks ruimte voor innovatie. ‘Het Parool laat mooi zien dat het wel mogelijk is te overleven in een andere context.’
Businessmodel
Voor de Publieke Omroep gelden sowieso andere wetten, meent de producent: ‘Omdat ze wordt betaald door de overheid om content te maken en te distribueren. Maar ook voor de commerciëlen geldt dat wanneer de distributie straks over andere platforms verloopt, dit minder consequenties heeft dan voor print. Want stel dat de overgang van televisie naar internet er op korte termijn komt, dan is daar relatief makkelijk een businessmodel op te plakken. Het geld wordt immers verdiend aan het intellectueel eigendom van beeld, dat juridisch beter is beschermd dan tekst. Het aantonen van het intellectueel eigendom van tekst - waar de kranten mee kampen - is veel ingewikkelder. Uniek nieuws van persorganen gaat direct de wereld over via allerlei distributeurs die daar niet voor betalen. Ik vind het om die reden dan ook langzamerhand legitiem worden dat kranten overheidssteun krijgen. Het is voor iedereen belangrijk dat er een pluriforme pers blijft bestaan.’
