PeopleFirst Group lanceert SecondJob.nl
02-06-2022 (11:59) - Economisch
PeopleFirst Group start het platform SecondJob.nl om werkenden te helpen aan een tweede baan naast hun huidige (parttime)baan. Aan de hand van persoonlijke voorkeuren zoals welke werkdagen, het beschikbaar aantal uur en het type werkzaamheden, biedt SecondJob.nl een overzicht van de relevante vacatures voor een tweede baan.
SecondJob.nl opent op deze manier de deuren naar het onbenut arbeidspotentieel. Op dit moment is dit een groep van 1,1 miljoen Nederlanders. Dit betreft voor een groot deel (45%) onbenutte deeltijdwerkers.
Probleem op de arbeidsmarkt
Nederland kampt met een structureel probleem op de arbeidsmarkt. Aan het einde van het eerste kwartaal van 2022 stond een ongekend hoog aantal van 451.000 vacatures open. Dat biedt mogelijkheden voor de 491.000 Nederlanders die aangeven meer uren te willen werken, naast de deeltijdbaan dit zij op dit moment hebben. Dit is een groep die in werving nog amper wordt aangesproken, maar nu door SecondJob.nl gemakkelijk bereikt kan worden door werkgevers. Werkgevers die vacatures door verschillende personen laten invullen, creëren meer wendbaarheid en weerbaarheid op de afdeling. De continuïteit wordt daardoor beter gewaarborgd.
Nevenwerkzaamheden en Belastingdienst
Bij het hebben van een tweede baan ontstaan vaak zorgen over hoe dit wordt afgehandeld met de Belastingdienst. De Belastingdienst heeft er geen problemen mee als iemand meerdere werkgevers heeft. Om te voorkomen dat een werknemer te veel korting op zijn loonbelasting ontvangt mag wel bij slechts één werkgever tegelijk de heffingskorting worden toegepast. De korting die je hierdoor als werknemer maandelijks mogelijk misloopt, wordt aan het eind van het jaar bij je aangifte inkomstenbelasting alsnog aan je toegekend. Een tweede baan is ook juridisch gezien toegestaan, tenzij er in het contract van de eerste baan een verbod op nevenwerkzaamheden is opgenomen. Maar op 1 augustus 2022 treedt er een wet in werking waardoor zo’n verbod niet zomaar meer mag.
