‘Zelfregulering is effectiever’
16-11-2009 (09:49) - Bureaus
Zelfregulering is sneller en effectiever dan wetgeving. Daarover waren vertegenwoordigers van de communicatiebranche en de overheid het roerend eens tijdens de primeur van CMC Reclamepoort op donderdag 12 november in Perscentrum Nieuwspoort te Den Haag.
De eerste CMC Reclamepoort was geheel gewijd aan het belang van zelfregulering door de commerciële communicatiesector. Bestuurders uit deze sector en politici gingen in debat gaan over de betekenis van de commerciële communicatiesector voor overheid en maatschappij.
DDMA voorzitter Tom Kok leidde de bijeenkomst als gespreksleider in met een presentatie over CMC, de belangenbehartigende reclamekoepel waarin BVA, DDMA, SPOT en VEA zich hebben verenigd. De belangenbehartiging van CMC heeft als oogmerk verantwoorde commerciële communicatie gestoeld op zelfregulering. Zo onderhoudt CMC nauwe banden met zelfreguleringinstanties als Stichting Reclame Code. Ook is er veelvuldig contact met de overheid over issues die de branche aangaan. Dat gebeurt onder meer via een denktank met de overheid.
Onder de titel 'Commerciële communicatie als oplossing!' hield BVA bestuurslid Cees-Jan Adema (PespiCo) deze middag een betoog over de kracht van verantwoorde commerciële communicatie. Adema: ‘Uit onderzoek van BVA blijkt dat de huidige consument kritisch en goed geïnformeerd is. Hij ziet wel degelijk een maatschappelijke rol voor reclame en verwacht daarbij eerlijkheid en transparantie van de adverteerders. Als die er niet zijn haakt hij af.’ Wat doet de branche hiermee? Adema: ‘Vrijwillige maar niet vrijblijvende zelfregulering door de branche is onontbeerlijk. Dat gebeurt via de Stichting Reclame Code en via het Bel-me-niet-register.’
Naast zelfregulering moet de branche volgens Adema ‘gas geven’ via media-educatie en verantwoorde communicatie. Een bijdrage aan educatie levert de branche onder meer via steun aan het mediawijsheid programma Media Rakkers. Belangrijk is ook om onder meer via CMC bij te dragen aan positieve beeldvorming rond reclame. Adema: ‘Commerciële communicatie moet niet worden neergezet als oorzaak van maatschappelijke problemen maar als deel van de oplossing.’
