2025 klinkt anders
Dit jaar begon ik na lange tijd weer met basgitaar spelen. Met een paar vrienden een gelegenheidsbandje – het mag geen naam hebben. En eigenlijk ook geen publiek. Maar we hebben wel veel lol; gewoon samen spelen, rommelen, keihard de mist in gaan en dan toch opeens iets moois creëren.
Ik bedacht me na zo'n jamavond: dit is eigenlijk precies wat we bij Kaliber ook doen. Niet van die slechte muziek maken, maar wel altijd van alles proberen en zo tot vernieuwing komen. Vroeger, als ik daarover aan opdrachtgevers vertelde, kreeg ik vaak glazige blikken. "Leuk voor jullie, Ronald, maar wij moeten gewoon..." En dan volgde er iets over efficiency of schaalvoordeel.
Maar dit jaar lijkt er iets te veranderen. Misschien heeft het universum een zwak voor slecht spelende bassisten, want opeens staat iedereen open voor nieuwe wegen. “We zoeken een bureau dat durft te experimenteren", hoor ik steeds vaker. Niet van snelle start-ups, maar juist van grote, traditionele organisaties.
Échte vernieuwing ontstaat pas als je durft te experimenteren
Misschien komt het door de groei van AI. Voor het eerst in jaren hebben grote organisaties het gevoel dat ze achter kunnen raken als ze niet meedoen. Dat is even wennen: niemand heeft meer de luxe om vanaf de zijlijn toe te kijken. Het is niet meer de vraag óf je ermee aan de slag gaat, maar hóe. En omdat niemand het precies weet, durven bedrijven eindelijk toe te geven dat we gewoon van alles moeten proberen.
Dat is precies waar Tommy, de nieuwsgierige zevenjarige uit ons Kaliber logo, zo blij van wordt. Hij weet: échte vernieuwing ontstaat pas als je durft te experimenteren. En als je accepteert dat niet alles in één keer perfect hoeft te zijn.
Mijn uitdaging voor 2025? Ik blijf oefenen op die basgitaar. En met een beetje geluk blijft de rest van de wereld ook nieuwe dingen uitproberen. Want juist als je het niet perfect hoeft te doen, ontstaan de mooiste ontdekkingen.
Ronald van Schaik - Oprichter van Kaliber